Geveltuinbeleid stadsdeel Oost en nadere regels voor het plaatsen van plantenbakken en gevelbanken
2012
Inleiding
Al enige jaren is er de mogelijkheid voor bewoners om geveltuinen in te richten en te onderhouden in de openbare ruimte. Hiermee wordt in de behoefte voorzien om de stenige omgeving te vergroenen en tegelijkertijd zorgt het voor een plezierig leefklimaat in de buurt. Het stadsdeel streeft naar een prettige leefomgeving waarbij groen in de openbare ruimte een belangrijke rol speelt (programma- akkoord). Met het toestaan van geveltuinen en plantenbakken wordt daar een nadere invulling aan gegeven. Het bijkomende effect van de toename van kleine groenplekken is dat het bijdraagt aan het waterbergende vermogen, fijnstof-opvang genereert en de biodiversiteit versterkt. De vegetatie trekt insecten en vlinders aan en zal daarbij voor een extra voedselbron en schuilgelegenheid zorgen voor vogels.
Het stimuleren van geveltuinen draagt bij aan de betrokkenheid van bewoners bij de openbare ruimte en verhoogt daarmee de cohesie in de buurt. Een bijkomend voordeel is dat dit groen geen extra beheerkosten tot gevolg heeft omdat de bewoners de geveltuin zelf inrichten en onderhouden.
Aanleiding
In het verleden zijn veel geveltuintjes aangelegd (schatting 800) en er zijn nog veel plekken waar een geveltuin mogelijk is. De voormalige stadsdelen Oost-Watergraafsmeer en Zeeburg gaven op onderdelen een andere invulling aan het geveltuinbeleid. Om verwarring te voorkomen is het beleid geharmoniseerd en. In deze nota wordt invulling gegeven aan het nieuwe geveltuinbeleid van stadsdeel Oost.
Naast een geveltuin is er de mogelijkheid om plantenbakken en gevelbanken te plaatsen. Ofschoon het plaatsen vrij is, is het wel noodzakelijk regels te stellen. Daarom wordt dit samen met het geveltuinbeleid vastgesteld. In de bijlage staan de nadere regels voor het plaatsen van plantenbakken en gevelbanken waar de initiatiefnemer rekening mee dient te houden.