Beeldkwaliteit
Samengevat
Het doel van beheer van de openbare ruimte is om de openbare ruimte visueel en technisch op een gewenst kwaliteitsniveau te houden. De openbare ruimte is het altijd zichtbare visitekaartje waarin burgers veel tijd doorbrengen. Een aantrekkelijke openbare ruimte draagt bij de economische waarde van een gebied, een positief gedrag van mensen en daarmee ook de sociale veiligheid. Er is veel geld geïnvesteerd in de openbare ruimte. Alles bij elkaar vraagt dit om een goed beheer.
Voor het op orde houden van de openbare ruimte kan normaal gesproken worden gekozen uit twee werkwijzen:
- Frequentiegericht: met een vaste frequentie worden beheerwerkzaamheden uitgevoerd. Bijvoorbeeld: het gazon wordt wekelijks gemaaid, onkruid wordt maandelijks en zwerfafval wordt wekelijks verwijderd. De werkzaamheden vinden plaats, ongeacht de feitelijke toestand
- Beeldgericht: op basis van hoe de openbare ruimte er uit ziet, worden beheerwerkzaamheden verricht. Dus als er te veel zwerfafval ligt en er wordt niet meer aan de gekozen beeldkwaliteit voldaan, wordt het opgeruimd, als er te veel onkruid is, wordt er gewied, et cetera.
Het onderhouden van de openbare ruimte op basis van de feitelijke situatie, wordt 'beeldgericht werken' genoemd. Hiertoe zijn door het CROW 'maatlatten' vastgesteld in het rapport 'Kwaliteitscatalogus openbare ruimte 2013' waarmee bepaald kan worden of er onderhoud plaats moet vinden of niet. De maatlatten bestaan uit foto's van allerlei aspecten van de openbare ruimte, bijvoorbeeld de onderstaande uitwerking van een maatlat voor zwerfafval in het groen/op de verharding.
Bron: 'Schouwcatalogus Beheer en onderhoud groen en openbare ruimte' (PLAN terra 2013)
De niveaus die met de foto's zijn onderscheiden worden als volgt in dit document omschreven:
A+ is de hoogste kwaliteit en D is de laagst omschreven kwaliteit.
De actuele situatie
Met beeldkwaliteit kan de feitelijke situatie op een bepaald moment worden vastgesteld. De werkwijze maakt een objectieve beoordeling mogelijk. Beeldkwaliteit biedt de mogelijkheid om daarmee met elkaar geobjectiveerd te bespreken of doelen van het beheer wel of niet gerealiseerd zijn. Ook geeft het de mogelijkheid om kosten te berekenen en zo ook de inspanningen van de aannemer te waarderen.
Beeldkwaliteit geeft géén inzicht in:
- Oorzaken van de geconstateerde situatie
- Technisch onderhoud van installaties
- De beoordeling van de burgers en de beleving door de burgers.
Wetgeving
Voor het beheer van de openbare ruimte is de Gemeentewet voor gemeenten de wettelijke basis. In Artikel 212 van de Gemeentewet is geregeld dat gemeenten een verordening moeten hebben over de omgang met kapitaalgoederen. De Gemeentewet stelt in artikel 212:
- De raad stelt bij verordening de uitgangspunten voor het financiële beleid, alsmede voor het financiële beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie vast. Deze verordening waarborgt dat aan de eisen van rechtmatigheid, verantwoording en controle wordt voldaan.
- De verordening bevat in ieder geval:
- regels voor waardering en afschrijving van activa;
- grondslagen voor de berekening van de door het gemeentebestuur in rekening te brengen prijzen en van tarieven voor rechten als bedoeld in artikel 229b, alsmede, voor zover deze wordt geheven, voor de heffing bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;
- regels inzake de algemene doelstellingen en de te hanteren richtlijnen en limieten van de financieringsfunctie.
De openbare ruimte bevat veel kapitaalgoederen en valt derhalve onder dit artikel van de Gemeentewet. Voor de volledigheid: de wet bevat drie artikelen op grond waarvan de gemeenteraad een verordening moet vaststellen met kaders voor de financiële functie:
- de financiële verordening ex artikel 212 Gemeentewet
- de controleverordening ex artikel 213 Gemeentewet
- de verordening voor periodiek onderzoek naar de doelmatigheid en doeltreffendheid ex artikel 213a Gemeentewet
Met het vaststellen van de verordening volgens artikel 212 Gemeentewet worden door de gemeenteraad kaders gegevens voor de inrichting van de financiële functie en de uitgangspunten voor het financieel beleid en het financieel beheer. Met de verordening volgens artikel 213 Gemeentewet geeft de gemeenteraad kaders voor controle door accountants van de gemeentelijke jaarstukken. Met de verordening volgens artikel 213a geeft de gemeenteraad kaders voor de door het college van burgemeester en wethouders uit te voeren onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeentelijke organisatie. De basis voor beheer ligt hiermee in het financiële domein.
Aangezien de openbare ruimte voor gemeenten veel kapitaalgoederen heeft, zal er conform de wet door de gemeenten een financiële verordening moeten zijn opgesteld waarin verantwoording wordt gevraagd voor de financiële omgang. Enkele voorbeelden van zo'n verordening:
- Gemeente Haarlemmermeer: 'Financiële verordening ex art 212 Gemeentewet' (2013)
- Gemeente Ridderkerk: 'Verordening op de uitgangspunten voor het financieel beleid, het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie van de Gemeente Ridderkerk 2014' (2014)
Voor de beheerders van de openbare ruimte van een gemeente betekent dit dat periodiek verantwoording afgelegd moet worden voor het beheer van de kapitaalgoederen. Dat betekent daarmee ook dat er nomen moeten zijn voor wat goed beheer is en dat gecontroleerd moet worden of de middelen daadwerkelijk goed zijn ingezet. Hiermee is de basis gelegd voor monitoring van de kwaliteit van de openbare ruimte. Werken met beeldkwaliteit sluit hier op aan.
Nieuwe wetgeving
Op enige termijn komen er twee nieuwe wetten die voor de openbare ruimte van belang kunnen zijn:
- Omgevingswet: Het omgevingsrecht bestaat uit tientallen wetten en honderden regelingen voor ruimte, wonen, infrastructuur, milieu, natuur en water. En allemaal met hun eigen uitgangspunten, procedures en eisen. De wetgeving is daardoor ingewikkeld geworden. Daarom wil het kabinet het omgevingsrecht makkelijker maken en samenvoegen in 1 Omgevingswet. Voorlopig vervangt de Omgevingswet 15 bestaande wetten (waaronder de Wabo, Wet milieubeheer en Waterwet). De consequenties voor het beheer van de openbare ruimte zijn nu nog niet duidelijk
- Participatiewet: De Participatiewet vervangt onder ander de Wet Werken naar Vermogen. De consequenties zijn beschreven in de brochure 'Particpatiewet en sociaal akkoord: kans voor beheer openbare ruimte' (GemeenteSchoon, 2013).
Er is dus geen 'Wet voor de openbare ruimte'. Die zal er ook niet op afzienbare tijd komen.
Handhaving
De Gemeentewet is de basis voor handhaving van overtredingen. De Wet Bestuurlijke Boete Overlast in de openbare ruimte (BBOOR), neergelegd in artikel 154b van de Gemeentewet, geeft gemeenten een zelfstandige bevoegdheid om op te kunnen treden tegen veel voorkomende en overlastveroorzakende, lichte overtredingen, van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) en de afvalstoffenverordening (Asv). Het afwijken van een vastgestelde beeldkwaliteit is natuurlijk niet strafbaar. De gemeente is dan meestal zelf overigens de veroorzaker door ontoereikend beheer en onderhoud. Het veroorzaken van bijvoorbeeld zwerfafval is wel strafbaar. Net als het beschadigen van straatmeubilair of openbare verlichting en het maken van graffiti.
Artikel 154 van de Gemeentewet bepaalt dat bij overtredingen van verordeningen boetes gemeenten boetes mogen opleggen. Deze straffen worden meestal opgelegd door het OM, de politie of een boa. Politie en boa's kunnen voor OM-feiten niet zelf een strafbeschikking uitvaardigen. Ze kunnen ze wel aanleveren aan het OM. Ze hebben wel de bevoegdheid om zelf politiestrafbeschikkingen uit te vaardigen. Voor wat betreft de bijzonder opsporingsambtenaar (BOA) geldt dit alleen voor bepaalde feiten.
Het handvat voor het opleggen van boetes door het OM wordt gegevens door het zogeheten 'Feitenboekje'. Daarin staat per soort overtreding aangegeven wat de boete is. De aanpak van bijvoorbeeld de gemeente Bodegraven-Reeuwijk is weergegeven in het document 'Handhavingsbeleid Openbare Ruimte 2012-2014' (2012).
Beleid
Van oudsher vindt het beheer van de openbare ruimte plaats op basis van frequentiegericht werken, aangevuld met het vakmanschap van de beheerder die ingrijpt als dat noodzakelijk is. Frequentiegericht werken is duidelijk. Echter, het nadeel is dat als er geen noodzaak voor is, wel gewerkt wordt. Simpelweg omdat de frequentie dat aangeeft. Dat kan leiden tot verspilling van geld.
Frequentiegericht werken wordt wel beschouwd als een werkwijze gebaseerd op techniek en vakmanschap. Beeldgericht werken is voor iedereen te begrijpen.
Beeldgericht voor de organisatie
Werken met beeldkwaliteit vereist dat er inzicht is in wat men wil bereiken met de kwaliteit van de openbare ruimte. De ambitie en de monitoring moeten met elkaar in verband worden gebracht. De volgende figuur geeft dat weer.
Figuur: Monitoring en beeldkwaliteit. Bron: CROW
Als de ambitie duidelijk is (welke beeldkwaliteit men wil), dan kan uitgewerkt worden hoe gemonitord moet worden. Ook kan de aannemer (of de eigen dienst) de opdracht worden gegeven (al dan via aanbesteden), om het beheer uit te voeren. Door toezicht wordt duidelijk of aan de ambitie wordt voldaan of dat bijsturing noodzakelijk is. Er is daarmee een eenduidig vertrekpunt gecrëerd over de in stand te houden situatie door middel van beeldkwaliteit en monitoring.
Voor het formuleren van de ambitie kan (moet?) de piramide van klantwensen als uitgangspunt worden genomen.
Figuur: Piramide van klantwensen. Bron: CROW
Die piramide geeft weer dat voor een goede (of acceptabele) openbare ruimte de omgeving schoon, heel en veilig moet zijn. Vervolgens wil de klant, de burgers dus, graag dat er invulling wordt gegeven aan snelheid en gemak. Tenslotte zijn comfort en beleving van belang.
De schaalbalken van beeldkwaliteit geven daar invulling aan met de verschillende kwaliteitsniveaus.
Bezuinigen over verbeteren?
Door gemeenten is in het kader van de recente bezuiniging vaak een proces van afweging gestart. De afweging betreft de keuze tussen frequentiegericht of beeldgericht werken. Het bestuur en de politiek kunnen op basis van beeldkwaliteit gemakkelijker keuzes maken over kwaliteit en budgetten.
- Frequentiegericht: de bezuiniging bestaat er uit om frequenties te verlagen
- Beeldgericht: de bezuiniging bestaat er uit om de niveaus van de maatlat voor gebieden te verlagen.
Zie deze video van de NOS.
Om beleid ten aanzien van bezuinigingen te kunnen maken, zijn veel overheden aan het werk gegaan om te onderzoek wat de mogelijkheden en gevolgen van bezuinigingen zijn en de mogelijkheden voor regisseren te verkennen. Enkele documenten geven inzicht in deze onderzoeken:
- Arcadis: 'Beeldkwaliteitsplan openbare ruimte Zeewolde' (2013)
- Gemeente Bergen op Zoom: 'Integraal Beheerplan Openbare Ruimte 2013-2017' (2012)
- Lotte Broersma: 'Kwaliteit van het groen in de openbare ruimte' (2013, Van Hall, afstudeeropdracht)
- Cyber: 'Integraal beheerkwaliteitsplan 2011' (2011)
- Oranjewoud: 'Kwaliteitsplan Dagelijks Beheer Openbare Ruimte' (2009, gemeente Alblasserdam)
- Oranjewoud: 'Notitie beheer en onderhoud openbare ruimte 2013-2022 Gemeente Beverwijk' (2012)
http://www.youtube.com/watch?v=LM5WCUMLSyI
Beleidsplan openbare ruimte
Hóe de openbare ruimte wordt beheer, staat omschreven in het beleid. Daarin staat normaal gesproken een uitleg van de keuze voor kwaliteitsniveau, voor zaken die niet meer of anders worden beheerd en over de rol van de burger en bedrijven bij het beheer. Enkele voorbeelden van beleidsplannen staan hieronder:
- Gemeente Elburg: 'Beleidsplan openbare ruimte wegen en groen 2013-2017' (2013)
- Gemeente Loon op Zand: '"samen buiten-gewoon tevreden"' (2014, PLAN terra)
- Gemeente Noordoostpolder: 'Beleidsplan openbare ruimte 2014-2024' (2013)
- Gemeente Naarden en Bussum: 'Beheerkwaliteitsplan 2013-2018' (2013, Cyber)
- Gemeente Nijmegen: '"Geef ze de (openbare) ruimte"' (2012)
- Gemeente Oldebroek: 'Beheervisie Openbare Ruimte' (2011)
- Gemeente Sittard-Geleen: 'Beleidsplan IBOR 2012-2015' (2012, Cyber)
http://www.youtube.com/watch?v=YgwbrI8Rgnw
Voor specifieke onderwerpen kan een apart beleidsdocument worden opgesteld. De gemeente Dalfsen heeft voor het onderwerp 'Openbare verlichting' de eisen voor beeldkwaliteit in een apart document verzameld: 'Bijlage 5 Toelichting beeldkwaliteit volgens CROW' (2013). Dat kan ook voor andere onderwerpen gedaan worden.
Differentiatie
In het beleid wordt veelal gebruik gemaakt van differentiatie. Daarmee wordt bedoeld dat op plaatsen waar veel mensen komen, zoals het centrum, een hogere beeldkwaliteit wordt aangehouden dan op andere plekken. In het centrum kan bijvoorbeeld A+ en A worden gehanteerd. In woonwijken kwaliteit B en op industrieterreinen C. Beeldkwaliteit D wordt niet gehanteerd omdat hier geen effectieve onderhoudsstrategie aan toe te kennen is. Onderstaande figuur laat deze indeling zien (Bron: PLAN terra, 2014).
De beleidsmatige keuze is bepalen van hóe het beheer straks buiten uitgevoerd gaat worden. Een lagere beeldkwaliteit, betekent lagere kosten voor het beheer en onderhoud. Zo kan het budget voor beheer en onderhoud selectief worden ingezet.
De aanduiding 'C+' is een afwijking van de CROW-methodiek en geeft aan dat er een niveau wordt nagestreefd dat beter is dan C, maar lager dan B. Het staat iedereen vrij om af te wijken van de CROW-methodiek. Voor benchmarking heeft een gelijke indeling praktische voordelen.
Consequenties organisatie
Bij een overstap van frequentiegericht werken naar beeldgericht werken, wordt de rol van de opdrachtgever (veelal de gemeente) anders. De uitvoerder van het beheer bepaalt vanaf nu wanneer en hoe het werk buiten wordt uitgevoerd. De opdrachtgever heeft bepaald welke kwaliteit gerealiseerd moet worden en zal alleen hier op toezien. De opdrachtgever wordt daarmee meer regisseur, gaat regisseren. Dit is een andere rol dan vanuit inhoudelijke kennis een bestek maken en aanbesteden. Dit vraagt andere competenties van medewerkers, dan in de oude situatie. Zie het document 'De gemeente als regisseur' (Ministerie van BZK, 2006).
Zulke veranderingsprocessen hebben ook plaatsgevonden bij bijvoorbeeld de Rijksgebouwendienst, zie het document 'Maincontracting een integrale kijk op beheer en onderhoud' (2012, Min. BZK) en bij het ontstaan van de gemeente Stichtse Vecht ('Het regieorkest', artikel Stadswerk magazine 02/2013). De veranderingen in de loop der tijd in beheer zijn goed beschreven in 'Integraal Beheerplan Openbare Ruimte 2013-2017' (2012) van de gemeente Bergen op Zoom. In de brochure 'Handreiking Resultaatgericht Reinigen' (2008) geeft Gemeente Schoon handreikingen hoe een verandering van frequentiegericht naar beeldgericht werken gedaan kan worden.
Zaken zoals wegbeheer, rioolbeheer en beheer van kunstwerken en gebouwen worden vaak frequentiegericht beheerd. Hier is het onderhoud zeer goed voorspelbaar en derhalve ook goed te programmeren.
http://www.youtube.com/watch?v=NkcJn7AbgAg
Beheer
Voor het uitvoeren van beheer moeten de normen vooraf duidelijk zijn. De frequenties voor frequentiegericht werken zijn veelal goed bekend in de wereld van beheer. Met het werken met beeldkwaliteit is inmiddels al een flinke periode ervaring opgedaan. Dat betekent dat er al veel documenten zijn waarin de standaarden voor het schouwen staan beschreven. Schouwen wil zeggen: buiten kijken om te toetsen of de gewenst beeldkwaliteit wordt gerealiseerd. Voorbeelden van schouw-documenten:
- Gemeente Brummen: 'Kwaliteitscatalogus wijken' (2011)
- PLAN terra: 'Schouwcatalogus Beheer en onderhoud groen openbare ruimte' (2013, gemeente De Bilt)
- Cyber: 'Schouwgids Gemeente Echt Susteren' (2013)
Schouwen kan door de aannemer, een adviesbureau, de opdrachtgever (veelal de gemeente) of door burgers worden gedaan. Op basis van het schouwen wordt vastgesteld of de gewenst beeldkwaliteit wordt behaald. Indien dat niet het geval is, moeten beheer en onderhoud intensiever worden gedaan. Afhankelijk van het afgesloten contract met de uitvoerder van beheer en onderhoud, kan dit consequenties hebben in de vorm van boetes of kortingen.
Monitoring
Beeldkwaliteit biedt een goede basis om vast te stellen wat de gewenste kwaliteit van de openbare ruimte moet zijn. En het biedt de basis om vast te stellen of de gewenste kwaliteit is behaald. In de methodiek van CROW is voorzien in een methode om de gerealiseerde beeldkwaliteit vast te stellen. Als de gerealiseerde kwaliteit niet voldoet, moet bijsturing plaatsvinden. De volgende figuur geeft dat proces weer (Bron: Bergen op Zoom, 2012).
Daarnaast is het mogelijk om aan de hand van enqûetes bij inwoners te toetsen of de resultaten uit de beeldkwaliteit overeenstemmen met de beleving van de inwoners.
Bovenstaande figuur komt uit 'Utrecht Monitor 2013' (gemeente Utrecht, 2013) en geeft het resultaat weer van een onderzoek dat de gemeente Utrecht heeft uitgevoerd bij bewoners. De gemeente Nijmegen presenteert in 'Stadsmonitor -thema Fysieke leefomgeving' de perceptie van de inwoners van de stad. De gemeente Heerlen geeft de resultaten van de schouw in het rapport 'Resultaten monitor beheer & onderhoud' (2011) weer aan de hand van de maatlatten van CROW en met een grafische voorstelling van de resultaten.
Bewoners kijken veelal anders naar de kwaliteit van de openbare ruimte dan professionals. Vaak gebruiken gemeenten zowel burgers als professionals. De resultaten worden dan naast elkaar gezet. Door de gemeente Leeuwarden is dit systematisch gerapporteerd in het rapport 'Vergelijking schouwen en monitoren van de openbare ruimte' (2013).
De (opzet voor) monitoring door professionals is bijvoorbeeld weergegeven in:
- Gemeente Amsterdam: 'Monitor Beeldkwaliteit Openbare Ruimte stadsdeel Zuid' (2013)
- Gemeente Gouda: 'Kwaliteitsplan Openbare Ruimte' (2011).
Keurmerk Beeldschoon
Het 'Keurmerk Beeldschoon' van de NVRD kan worden gezien als een verbijzondering van ISO 9001 op het aspect beeldgericht werken in de openbare ruimte. Met het 'Keurmerk Beeldschoon' wordt gewaarborgd dat beeldgericht werken is verankerd in de organisatie en dat er in de praktijk ook daadwerkelijk beeldgericht wordt gewerkt. De kosten voor certificering zijn te financieren vanuit de zwerfafvalgelden van het Afvalfonds.
De eisen om het beeldmerk te mogen voeren zijn opgenomen in het document van de NVRD 'Eisen aan beeldgericht werken bij het beheer van de openbare ruimte' (2013).
TÜV Nederland heeft woensdag 22 juli 2015 als eerste certificerende instelling een overeenkomst getekend met de NVRD voor het toepassen van het certificatieschema Keurmerk Beeldschoon. Met het Keurmerk Beeldschoon wil de NVRD stimuleren dat beeldgericht werken in de openbare ruimte wordt geborgd in de organisatie. Bij beeldgericht werken wordt niet gewerkt volgens een vast schema maar op basis van kwaliteitsbeelden en ambitieniveaus. Het is een effectieve manier van beheer waarbij de inzet steeds daar wordt gepleegd waar dat het meest nodig is. Dit vraagt om goed opgeleid personeel, een goed georganiseerde aansturing en om kwaliteitsborging.
Met het Keurmerk Beeldschoon kan een certificerende instelling op basis van een bijbehorende beoordelingsrichtlijn beoordelen of een gemeente, of opdrachtnemer van een gemeente voldoet aan de eisen uit de richtlijn. Voor opdrachtgevers is het een mogelijk selectiecriterium en bewijs dat de leverancier of uitvoerende dienst in staat is de openbare ruimte met behulp van beeldbestekken in een verzorgde staat te behouden.
Voor opdrachtnemers of uitvoerende diensten is het een systeem waarmee wordt gezorgd dat aanhoudend op de meest effectieve manier wordt gewerkt. Het vertrouwen en de relatie tussen beiden zal hierdoor verbeteren. Bovendien bevordert het betere beheersing van het op de juiste manier onderhouden van de openbare ruimte en geeft het hiermee een positieve bijdrage aan het leefklimaat in Nederland.
Het Keurmerk Beeldschoon is door de NVRD ontwikkeld vanuit het Kenniscentrum Gemeente Schoon van Rijkswaterstaat, directie Leefomgeving.
Duurzaamheid
Beeldkwaliteit is een methode om de zowel beleidsmatige doelen te stellen voor het beheer van de openbare ruimte, als een methode voor het meten van de uitvoering van het beheer. Daarmee is beeldkwaliteit geen specifieke methode voor duurzaamheid. Wel kan beeldkwaliteit duurzaamheid op een indirecte manier beïnvloeden. Mogelijkheden zijn onder andere:
- Toetsing of onkruidbestrijding voldoet
- Bij te veel zwerfaval een indicator voor gewijzigd beheer, noodzaak voor andere inzamelmiddelen of communicatie naar gebruikers van de openbare ruimte
- Manier om burgers te betrekken bij het beheer en de sociale veiligheid zo te vergroten
Beheer aan de hand van beeldkwaliteit wordt ook wel 'duurzaam beheer' genoemd. Zie bijvoorbeeld 'Beleidskader Duurzaam Beheer Evaluatienotitie' (Gemeente Ridderker, 2013).
Een uitgangspunt van vele beleidsplannen met beeldkwaliteit is dat een goed gekozen beeldkwaliteit, in combinatie met een goede uitvoering en goed beheer, de basis zijn van een doelmatige inzet van middelen. Daarmee kan dit als een duurzame werkwijze worden gezien.
Voor het beheer van de openbare ruimte zijn door het Ministerie van IenM criteriadocumenten opgesteld voor duurzaam inkopen. Zie bijvoorbeeld het Criteriadocument: 'Milieucriteria voor het maatschappelijk verantwoord inkopen van Reiniging openbare ruimte' (2015). Zie verder 'Aanbesteden'.
Kosten
Beeldkwaliteit is de achterliggende periode vaak ingevoerd vanuit een kostenoogpunt. Met beeldkwaliteit is het namelijk mogelijk om zowel een eenduidig beleid in combinatie met eenduidige eisen voor de uitvoering op te stellen, alsook burgers bij het schouwen te betrekken. De kostenbesparing zit 'em in het op de markt zetten van zoveel mogelijk uitvoeringswerkzaamheden. De overheid gaat meer regisseren dan zelf uitvoeren. De uitvoerders zullen door concurrentie op de markt, gunstige marktconforme tarieven hanteren. Hier is de afgelopen jaren regelmatig onderzoek naar gedaan. De volgende rapporten handelen hier over:
- PLAN terra: 'Bijlagenrapport Realisatie Kwaliteitsplan Openbare Ruimte 2010-2013' (2010, gemeente Uithoorn)
- Stoutgroep: 'Kwaliteitsplan Beheer Openbare Ruimte Evaluatie 2010' (2010, gemeente Overbetuwe)
- Gemeente Roosendaal: 'Verbindend beheren' (2013)
- Rekenkamer Zaandam: 'Vervolgonderzoek Openbare Ruimte in Zaanstad' (2011)
- Cyber: 'Notitie Omvorming Openbare Ruimte' (2011) (N.B.: Zie ook Cyber 2011)
- Cyber: 'Schouwgids 524036NO; Begraafplaats' (2012)
Gemeenten evalueren hun prestaties van beheer ook aan de hand van beeldkwaliteit. Enkele voorbeelden van zulke evaluaties zijn:
- Gemeente Bodegraven Reeuwijk: 'Integraal beleid- en beheerplan Openbare Ruimte 2013 t/m 2016' (2012)
- Gemeente Langedijk: 'Strategische beheervisie openbare ruimte Uitwerkingsplan: keuze 2013-2017' (2013)
- Gemeente Leiderdorp: 'Integraal Beheer ~Openbare Ruimte (IBOR) - Fase 1' (2013)
- Gemeente Noordenveld: 'Beheer Openbare Ruimte Noordenveld' (2012, Pro Factor voor de Rekenkamer)
Participatie
Beeldkwaliteit biedt meerdere mogelijkheden om mensen te betrekken bij de openbare ruimte. Dat betreft bewoners en partners in de openbare ruimte.
Bewoners
Bewoners zijn de ultieme gebruikers van de openbare ruimte. Het beheer en onderhoud moeten zodanig zijn uitgevoerd dat men zich prettig voelt in zijn buurt en op andere plekken. Door bezuinigingen snijden gemeenten in de budget van beheer. Dat vraagt om uitleg aan bewoners. Maar niet alleen uitleg is belangrijk. Bewoners willen mee beslissen over de keuzes die gemaakt worden. Het resultaat van zo'n keuze kan zijn dat bewoners meer zelf doen in het beheer, participatie. Bewoners kijken anders naar het beheer dan professionals. Het gaat om gebruikswaarde en om belevingswaarde. Belevingswaarde is subjectief. De volgende documenten geven een toelichting hierop:
- Landschappartners: 'Kwaliteit groenbeheer Gemeente De Bilt' (2010, voor de Rekenkamercommissie)
- Gemeente 's-Hertogenbosch: 'Dienstverlening Realisatie en Beheer Omnibus 2011' (2012)
- Gemeente Leerdam: 'Kwaliteitsplan inrichting en beheer openbare ruimte' (2012)
http://www.youtube.com/watch?v=u2d1_ELJzlc
http://www.youtube.com/watch?v=wUqsNOEX_JA
Bewoners zijn vaak bereid om mee te werken aan het schouwen: toetsen hoe het beheer is uitgevoerd. Beeldkwaliteit is daarvoor een goed hanteerbare methode. Met een korte instructie kunnen bewoners op pad. Voor bewoners worden 'schouwgidsen' gemaakt door de afdeling beheer. Enkele voorbeelden daarvan:
- Gemeente Brummen: 'Kwaliteitscatalogus wijken' (2011)
- PLAN terra: 'Schouwcatalogus Beheer en onderhoud groen openbare ruimte' (2013, gemeente De Bilt)
- Cyber: 'Schouwgids Gemeente Echt Susteren' (2013)
- Eindhoven: 'Professioneel schouwen van de Openbare Ruimte op beeldkwaliteit conform CROW-publicatie 245' (2013).
De gemeente Steenwijk heeft voor de burgerschouw het volgende pakket aan documenten opgesteld om de burgers te informeren en te betrekken:
- Kwaliteitshandboek onderhoud openbare ruimte gemeente Steenwijkerland (2011)
- Resultatenboek (per wijk/kern) (2011)
- Schouwformulier (2010
- Flyer burgerschouw (2011)
http://www.youtube.com/watch?v=HSZiETbhevs
http://www.youtube.com/watch?v=ZtMLaCqNsQo
De gemeente Vlissingen zet de verslagen van de burgerschouw on line. Ter informatie is een willekeurige verslag van de schouw op 11 juli 2013 hieronder compleet opgenomen:
Ofschoon niet direct betrekking hebbend op beeldkwaliteit, is het kunnen melden van misstanden in de openbare ruimte van belang. Bewoners kunnen zo immers direct aangeven wat er aan de hand. Als de opvolging van de melding goed is, zal de betrokkenheid groot blijven. In toenemende mate kunnen burgers melden via een website of een app.
http://www.youtube.com/watch?v=nfNoPlTECw4
http://www.youtube.com/watch?v=YSZ_J9LRSis
Partners in beheer
Niet alleen overheden doen aan beheer. Ook woningcorporaties, bedrijven, haven- en bedrijvenschappen et cetera, doen aan beheer. Samenwerken in het uitvoeren van beheer kan nuttig zijn voor alle betrokken organisaties. Beeldkwaliteit geeft dan een gemeenschappelijke 'taal' om te beheren.
http://www.youtube.com/watch?v=3L28Jj5ZRsY
Openbaar vervoer
Door CROW zijn er ook schaalbalken ontwikkkeld voor het openbaar vervoer. Die staan in de 'Kwaliteitscatalogus OV-voertuigen 2014' (2014).